terug

Eten aan het water bij Brasserie LUS in Linne: van wild en poké bowl tot pulled paddo

Brasserie Lus

Bron: De Limburger

Het pand ligt er na jaren van plannen, slopen en verbouwen weer schitterend bij aan het rustieke haventje bij de Lus van Linne. Brasserie LUS biedt gerechten uit alle windstreken, geschoeid op Franse leest. We gingen er dineren. Smaakt LUS net zo goed als de zaak eruitziet?

Horecaondernemers Bas Suntjens en Tim Neijnens zochten een nieuwe uitdaging na de jaren achter de tap bij hun café Bie de Tied in Kelpen-Oler. Dat werd dus Brasserie LUS, vernoemd naar de Lus van Linne, de oude Maasmeander bij het gelijknamige dorp waaraan het horecapand ligt. Met een fraai uitzicht over het water en een nostalgisch aandoende haven. Een oom attendeerde Suntjens indertijd dat het al jaren leegstaande gebouw, dat bij nader inzien volledig moest worden gesloopt en opnieuw weer werd opgebouwd, te koop stond. Afgelopen zomer gingen de brasserie en het naastgelegen terras open en ging de droom van Suntjens en Neijnens – een eigen restaurant – in vervulling.

Mooi geworden?
Absoluut, al wordt het pand momenteel wat ontsierd door hopen zand en graafmachines vanwege riool- en wegwerkzaamheden die in het dorp gaande zijn. Maar zowel van buiten als van binnen een plaatje wat ons betreft, ook qua ligging. Beetje industrieel ingericht met leuke Maaselementen, zoals kleine keitjes als vloeroppervlak in de hal, scheppen van een grindbagger als plantenbakken op het terras en Maaskeien als houders voor de drankenkaart. En met een grote glasplaat in de vloer met een doorkijk naar de kelder, een van de delen van het oorspronkelijke gebouw die behouden kon blijven.

Zullen we maar eens wat bestellen dan?
LUS heeft een diner- en een wat compactere lunchkaart, met een brede keuze aan normale, vega- en glutenvrije gerechten, en een speciale kinderkaart ‘Veur de Poete’. Van Frans klassiek tot Aziatisch. Dus: pompoensoep, wild en Hollandse garnalen met zuurdesembrood, maar ook kipsaté, rode poon of poké bowl crispy chicken. Wij gaan voor het driegangenmenu dat conform het seizoen bestaat uit wild, met een wildzwijnpastrami vooraf, en een duo van hert en wild zwijn als hoofdgerecht. Daarnaast nemen we de gerookte eendenborstfilet vooraf en de tournedos als hoofdgerecht. Leuk is trouwens nog dat de menukaart is opgemaakt als een oude rekening of een kasboek, met de prijzen vermeld in een ouderwets zwierig handschrift.

Klinkt goed, maar hoe smaakt het?
Vooraf krijgen we nog een mandje met warm brood en kruidenboter om het wachten op de eerste gerechten te overbruggen. De pastrami (gepekeld en gerookt vlees) van wild zwijn oogt als een carpaccio, met dunne plakjes vlees en een bergje rucola in het midden, waaronder paddenstoelen in een lekkere zoetzure saus schuil blijken te gaan. Met als verrassinkjes in zoetzuur ingelegde radijsjes, waarmee het bord is opgetuigd. De hoofdrolspeler, het zwijn, smaakt helaas nogal vlak, zonder een echt uitgesproken zilte of wat rokerige toets, zoals je die zou mogen verwachten. En datzelfde geldt voor het andere voorgerecht, de gerookte eendenborstfilet. Ook daar een wat fletse smaaksensatie. Mooi bord, daar niet van, al doen de augurkjes bovenop ons een beetje denken aan de garnituur van kauw sjotel uit de jaren tachtig. Maar vooral te weinig smaak aan de eend, die door de overdadige zoetzuur gefermenteerde kool waarop het gevogelte is gedrapeerd een beoogde glansrol helemaal onmogelijk maakt.

O jee?
O jee, inderdaad. Dat dachten wij ook. Maar gelukkig maken de hoofdgerechten die aarzelende start goed. Ruimschoots zelfs. De tournedos is van uitzonderlijk goede kwaliteit, mooi medium gegaard, goed van smaak en zo mals dat kauwen bijna overbodig is. Een feest voor de tong dus. Hetzelfde geldt voor het duo van zwijn en hert. De hertenfilet steekt de tournedos qua malsheid zelfs nog naar de kroon. Met als toevoeging die subtiele, net iets donkerdere wildsmaak. Daarbij nog een smakelijke stoof van wildzwijn en hert en aanpalend wat groenten en een portie friet waarmee we tevreden de jus van onze borden soppen tot die helemaal schoon zijn.

Nog een dessert genomen?
Een chocoladeflan en een perendessert met de welluidende naam ‘toffe peer’. Lekker, maar net als bij de voorgerechten ook hier wat schoonheidsfoutjes wat ons betreft, zoals de chocolade spongecake en de madeleinecake die waarschijnlijk door suikergebrek nauwelijks smaak hebben. Of het schuim bij de gepocheerde peren dat eveneens een duidelijke smaakrichting mist. Het ijs is lekker, net als de peren en de reep die de chocoladeflan moet zijn, maar dus niks van doen blijkt te hebben met het bekende Portugese puddinkje met dezelfde naam.

Conclusie?
Lekker gegeten, al waren zowel het begin als het eind niet helemaal top. Maar we zouden hier zeker nog een keertje terugkomen. Een menu kost 44,50 euro, een LUS-burger 17,50, een poké bowl met kip of tonijn 16,50 en de desserts zitten tussen de 9 en 12,75 euro.








Deel dit bericht: